Een lapjeskat(ondernemer) heeft negen levens

Als warm pleitbezorger van ondernemerschap trof ik in de voormalige tramremise (Hotel de Hallen, Amsterdam), Boris van der Ham. Boris heeft vele talenten ontwikkeld; hij is muzikant, zanger, producer en bestuurder van diverse organisaties, waaronder natuurlijk de Nederlandse Franchise Vereniging (NFV). We drinken koffiespecialiteiten en praten over franchise, mensenwerk, humanisme en zo nog wat dingen.

Boris, wat doe jij veel verschillende dingen. Hoe breed ben jij wel niet en hoe komt het zo?

Ja, van jongs af aan ben ik al breed georiënteerd. In mijn jonge jaren speelde ik al bij de lokale toneelgroep van het dorp en ik ging al vroeg de politiek in (Jonge Democraten). Altijd maatschappelijk geïnteresseerd, zowel cultureel als politiek. Ik ging de Tweede Kamer in voor D66 toen ik 28 was. Hoewel ik in mijn politoer tijd steeds op verkiesbare plekken stond, ging ik toch voor voorkeursstemmen. Omdat ik het nu eenmaal eervoller vond om niet op de slippen van de lijsttrekker te worden gekozen. Ik wilde zelf ook mensen vertegenwoordigen, dus voerde ook zelf campagne. Een brede interesse hoort bij mij; ik ben nu naast de NFV bijvoorbeeld ook actief als voorzitter Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland, maar ook voor de belangenvereniging van de Afvalbranche. Dat maakt het voor mij gemakkelijk om allerlei verbanden te zien door sectoren heen. Ik zit niet in een enkele bubbel, maar ben een lapjeskat.

De lapjeskat pak ik dankbaar op, Boris! Laatst in Amsterdam sprak Yuval Harari over het werken in 2050. Hij had geen flauw idee welk werk er dan zou zijn. Hij gaf het publiek en de toekomstige ouders mee dat het vermogen om jezelf te veranderen (of opnieuw uit te vinden) op de arbeidsmarkt van 2050 essentieel zou kunnen worden en dat we daartoe zoveel mogelijk talenten moeten ontwikkelen. Specialiseren in de breedte, dus zoveel mogelijk disciplines beheersen en wendbaarheid, daar gaat het om straks. Wat denk jij Boris, is dat nu ook al en zou het ook kunnen leiden tot meer (ondernemers)geluk?    

In coronatijd zag je ook dat het handig is om meerdere vakgebieden te beheersen en om snel te kunnen schakelen. Sommigen gingen in de zorg werken, of als loodgieter aan de slag. Het is voor een werkgever ook fijn als medewerkers meerdere vakken beheersen. Je bent als organisatie dan ook wendbaarder; de juiste capaciteit op het juiste moment op de juiste plek. Maar let op, in de breedte ontwikkelen moet je niet verwarren met hoog over of oppervlakkig

“In de breedte ontwikkelen moeten we niet verwarren met hoog over of oppervlakkig” 

Verder is het denk ik ook belangrijk (om bijvoorbeeld een burn-out te voorkomen) als je bedenkt dat waar jij je geld mee verdient niet je hele leven hoeft te zijn. Er is meer dan datgene waar jij op dat moment je brood mee verdient. Bijvoorbeeld een hobby of nevenactiviteit die je gewoon leuk vindt en waar je specifieke talenten voor nodig hebt en passie in kan stoppen. Vandaag is het leuk, morgen kan het noodzakelijk zijn om die specifieke talenten die je daarvoor gebruikt in te zetten om je geld mee te verdienen.

Ja, een goede, soms kan de hobby zich ook binnen het werk afspelen. Bruggetje naar de keukens: een adviseur die (onbetaalde) tijd reserveert om klanten na oplevering te bezoeken. Voor mij is dat ook al een manier om in de breedte te werken, al voegt dat waarschijnlijk ook direct toe aan je resultaat, al denken we vaak van niet 😊. Voor velen zal in ieder geval het werk leuker worden als we wat minder op harde criteria meten. Wat geef je je kinderen mee als het over deze thema’s gaat?

Dat het wel belangrijk is om iets af te maken, maar dat het nog belangrijker is dat je altijd meer kan, andere dingen kan. Je hoeft en misschien moet je je niet beperken tot een ding. Maar zorg wel dat je met al die dingen ook de diepte in gaat, dus niet veel dingen een beetje oppervlakkig. Verder bepalen ze het maar lekker zelf.

Inderdaad, iedereen moet ook fouten kunnen maken. Mijn oudste zoon zei eens tegen mij (toen ik hem probeerde te behoeden ergens voor): “Pap, laat maar, ik ben baas over mijn eigen gedachten”.

“Het franchisemodel en diversiteit in de winkelstraat kunnen prima samengaan”

Even naar de winkelstraat

Ik benieuwd welke rol franchise kan of gaat spelen in de winkelstraat. Kan het franchisemodel verschraling van de winkelstraat tegengaan of leidt het juist tot monoculturen?

De NFV hanteert een vorm van kwaliteitsbewaking om wildgroei tegen te gaan. Ondernemers die lid worden van de NFV moeten bijvoorbeeld de Europese franchisecode onderschrijven. Voor de rest heb je franchise in verschillende vormen. Sommige vormen zijn ‘hard’ franchise, waar een mate van eenvormigheid vereist is, maar anderen hanteren ‘soft’ franchise, waarbij de identiteit van de individuele plek veel belangrijker is en de afspraken tussen franchisegevers en -nemers minder zichtbaar is voor de klant. Dus eenvormigheid is maar helemaal afhankelijk van welk model bij je onderneming past. Ik denk dat zowel hard als soft franchise in de toekomst zullen bijdragen aan diversiteit in het straatbeeld. Beiden heb je nodig.

Ja snap ik, Boris! Dat heb ik met de Bruna winkel in mijn dorp. Bruna is herkenbaar en geeft autoriteit; de mensen zijn zichzelf en tot op zekere hoogte een personal brand voor mij. Dat willen we nog sterker met ons merk KeukenCoach doen: er is veel vrijheid in de uitvoering van de diensten, zodat de ondernemer authentiek overkomt, maar ook echt is. Ik zeg altijd zo: vakwerk is mensenwerk.

Dat ben ik niet geheel eens. Dat moet genuanceerd worden, Roel. Heel veel vakwerk is allang geen mensenwerk meer. In de juridische dienstverlening is al veel geautomatiseerd. En dat gaat door in veel verschillende vakgebieden.

 Je hebt gelijk, ik ga weer te kort door de bocht.

Ik vind wel dat sociaal vakwerk mensenwerk blijft. Daar waar een hand, een aanraking of empathie nodig is, kunnen we niet zonder mensen. Bij advisering op maat, wanneer je buiten de box moet denken, zijn mensen altijd nodig.

“Sociaal vakwerk is mensenwerk”

Automatiseren wat je kunt automatiseren?

Ja, vind ik wel. Je hebt sowieso geen keuze als het gaat om de krapte op de arbeidsmarkt. Verder wordt het mensenwerk waarschijnlijk leuker: je hebt meer tijd voor de dingen waar je echt het verschil mee maakt en je hebt meer informatie tot je beschikking.

Snelle opvolgende veranderingen en franchise

In coronatijd was het lastig. Hoge pieken en diepe dalen, bijna niet op te anticiperen. Vorig jaar was in januari alles dicht en daarna draaiden we in drie maanden tijd de helft van de jaaromzet, krankzinnig. Vervolgens waren de producten er niet en de monteurs ook niet. Denk je dat franchise dan een handig model is in crisistijden?

Het franchisemodel kan helpen omdat het per definitie een samenwerkingsverband is. Dat kan in crisistijd heel belangrijk zijn. We weten niet wat de wereld doet en hoe we op welke context moeten reageren: oorlog, pandemie, problemen met grondstoffen. In een goed franchisesysteem kun je de koppen bij elkaar steken en eenheid smeden. Je creëert zelfvertrouwen, dan sta je al 2-0 voor, bij wijze van spreken. Franchise is niet heilig hoor, maar ik geloof dat mensen individueel en organisaties als geheel steeds meer moeten gaan samenwerken. De kans op eenzaamheid die een zelfstandige ondernemer kan voelen kan je met samenwerking deels wegnemen.

“Franchise is niet heilig hoor, maar ik geloof dat mensen individueel en organisaties als geheel steeds meer moeten gaan samenwerken” 

Kan een zelfstandig ondernemer alle ballen nog in de lucht houden? 

Het is afhankelijk van in welke markt je zit. Maar algemeen zou ik zeggen dat het steeds moeilijker wordt. Vandaar dat ik denk dat samenwerking steeds intensiever zal worden.

Ik schreef eens een artikel met als titel: “Thuis moet het ook kloppen”, waarin ik refereerde aan moderne ondernemers die alle veranderingen aan moeten kunnen. Diezelfde ondernemers willen ook niet verzuipen in een werkweek van zestig uur, waarbij ze dan ’s avonds de administratie nog moeten doen. 

Ja, je ziet dat een éénpitter toch ook de samenwerking opzoekt. Op het niveau van de winkelstraat, inkoop of anderszins of zich aansluit bij een franchisegever. Het voordeel van een franchisegever is dat de ondernemer heel veel taken en activiteiten van zich af kan managen en weer meer tijd heeft om zich op zijn vak, en niet te vergeten ook zijn vrije tijd, te richten. Durf om hulp te vragen. Zoek elkaar op. Jouw naam staat misschien op de gevel, maar met een verdeling van de taken is het leuker werken en ik denk ook leuker leven.

In aansluiting daarop: is leuk werk een recht?

Leuk werk is niet juridisch af te dwingen in ieder geval en ‘leuk’ voor de een is minder leuk voor de ander. Maar ik zou zeggen dat iedereen gezien wil worden en iedereen wil trots zijn. Zo zitten mensen in elkaar door alle culturen heen. En het kan in kleine dingen zitten. Denk aan een etentje met elkaar of een verjaardagscadeautje van de directie persoonlijk. Zowel in kleine als in grote bedrijven.

Als ik praat over cultuur en structuur zeg ik vaak dat voor mij cultuur, het informele, veel belangrijker is dan het structurele. Ik bedoel dan de hiërarchie (waar ik natuurlijk niet van houd). Dat is zeker ook te kort door de bocht?

Bedrijfscultuur is heel belangrijk! Voor mij volgt cultuur wel vanuit de structuur. Structuur maakt ideeën of principes vaak heel tastbaar en zorgt daardoor voor borging. Je moet de sfeer in een bedrijf dus niet te afhankelijk maken van vage afspraken. Dat gaat een tijdje goed, maar als er iets mis gaat, weet je niet meer waar je op kan terugvallen.

Iemand solliciteerde laatst bij ons en motiveerde zijn keuze onder andere door te zeggen dat hij had gehoord dat wij een “humaan bedrijf” waren. Dat het bij ons draaide om de mensen. Ik glom natuurlijk van trots na dit compliment, maar kun jij mij als rechtgeaarde humanist nog iets meer vertellen over een humaan bedrijf?

In humane bedrijven krijgen de mensen een eerlijk salaris waarvan ze rond kunnen komen. In deze bedrijven krijgen de werknemers ook de ruimte om persoonlijk te groeien en er wordt niemand vernederd. Tot slot hebben humane bedrijven hun verantwoordelijkheid ook naar de samenleving als geheel.

Dank Boris, daar kan ik wat mee. Nu heb ik toch mijn link met het humanisme. Dank voor jouw sociale vakwerk, daar kan echt geen AI of digitalisering tegenop. Hetzelfde geldt voor de koffie, ook niet te digitaliseren. Laten we (intensieve) samenwerking vieren en die van franchise in het bijzonder. 

Gepubliceerd op 22 februari 2023

Roel Oostra